Opzeggen huur bedrijfsruimte
Mag de verhuurder de huur van bedrijfsruimte opzeggen?
De huur voor bedrijfsruimte wordt aangegaan voor een periode van vijf jaar. Na deze vijf jaar wordt het huurcontract automatisch verlengd voor vijf jaar. Daarna loopt het contract voor onbepaalde tijd door.
Het contract eindigt niet van rechtswege na de eerste of de tweede vijf jaar. Indien de verhuurder de huurovereenkomst niet wenst voor te zetten dient hij de huurovereenkomst op te zeggen. De verhuurder dient een opzegtermijn van een jaar (of zoveel langer als afgesproken) in acht te nemen. Dit betekent dat de huur een jaar voor het eindigen van de eerste vijf jaar termijn moet worden opgezegd. Hetzelfde geldt voor de tweede termijn.
Bovendien dient de verhuurder een reden te geven voor opzegging. De opzeggingsgronden zijn beperkt. Opzegging tegen het einde van de eerste vijf jaar kan alleen als de huurder zich schuldig heeft gemaakt aan slechte bedrijfsvoering of de verhuurder (of zijn directe familie) de bedrijfsruimte dringend nodig hebben voor eigen (duurzaam) gebruik.
Opzegging tegen het einde van de tweede vijf jaar is niet gebonden aan in de wet vastgestelde opzeggingsgronden. De toewijzing van de vordering door de kantonrechter vindt plaats na een afweging van de belangen van de verhuurder bij beëindiging van de overeenkomst tegen de belangen van de huurder bij voortzetting van de overeenkomst.
Mag de verhuurder de huur van overige bedrijfsruimte (art. 7:230a BW) opzeggen?
De huurder van overige bedrijfsruimte geniet geen huurbescherming. De huur eindigt met ingang van de datum opzegging of na het einde van de bepaalde tijd van de huurovereenkomst. De huurder heeft wel ontruimingsbescherming. De huurder kan de kantonrechter verzoeken om de termijn waar binnen de ontruiming van het gehuurde dient plaats te vinden te verlengen. Dit verzoek moet worden ingediend binnen twee maanden na het tijdstip waartegen schriftelijk ontruiming is aangezegd.
Dit betekent dat de verhuurder niet alleen dient aan te geven dat hij de huurovereenkomst opzegt, maar dat de verhuurder tevens schriftelijk de ontruiming dient aan te zeggen. Dit geldt ook indien de huurovereenkomst eindigt door het verstrijken van de bepaalde tijd.
Het verzoek tot verlenging van de termijn waar binnen ontruiming dient plaats te vinden wordt alleen toegewezen indien de belangen van de huurder door ontruiming ernstiger worden geschaad dan die van de verhuurder bij voortzetting van het gebruik door de huurder. De verlenging geldt hoogstens voor een jaar. De huurder kan hoogstens driemaal verzoeken om een verlenging. Het verzoek dient uiterlijk een maand voor het verstrijken van de termijn worden ingediend.